Algemeen
Jongerenwerker Moat van Avedan houdt in Nieuwstraatkwartier de jeugd bij elkaar
ALMELO - De negatieve uitspraken in de landelijke politiek over jongeren met een migratie-achtergrond hebben ook hun effect in Almelo. Jongerenwerker Moat Elmeaizi van Avedan merkt dat de verdeeldheid groeit en dat jongeren steeds radicaler worden. “Als je jongeren maar steeds wegzet als probleemgeval, dan gaan ze zich ook zo gedragen. Ik stimuleer ze om niet in die slachtofferrol te kruipen. Als je je best doet, kom jij er ook.”
Voor de Jodenjacht in Amsterdam is ook een 21-jarige Almeloër als verdachte opgepakt. Moat is er niet verbaasd over; hij waarschuwt al langer voor polarisatie: “Ik zie dat jongeren steeds radicaler worden en bij elkaar klitten in hun eigen groep. Omdat politici zo tekeer gaan, voelen ze dat ze er niet bijhoren in Nederland. Zelfs niet als ze al de vierde generatie in ons land zijn. Wat ik ook doe, het is toch nooit goed, zeggen ze dan. Ik heb ook een Marokkaanse achtergrond en hou ze dan een spiegel voor: ik ben er ook gekomen, ondanks die vooroordelen. Daar trekken ze zich aan op.”
Ook bij de Nederlandse jeugd ziet hij radicalisering. “Die zien extreem-rechtse Telegram-groepen waar het geweld bij een moskee in Christchurch wordt verheerlijkt bijvoorbeeld. Ik veroordeel elke vorm van geweld, keihard, of het nou tegen Joden of tegen moslims is. Maar ik ga wel in gesprek om erachter te komen wat hen beweegt. Waarom vind je dat een goed idee? Wat lost dat op? Vaak lopen ze ook maar zo ergens achteraan zonder erover na te denken.”
De oorlog in Gaza heeft ook zijn weerslag in Almelo. “Daar kunnen we over praten, maar we lossen het vanuit hier niet op. Dat houd ik de jongeren ook voor. Breng de enorme problemen die daar zijn niet hier naar toe. Je mag er iets van vinden, maar jouw leven is hier en je moet er hier wat van maken. Ik help ze om een opleiding te vinden die past of een baantje.”
Moat kan vanuit zijn achtergrond en rol de gemoederen tot bedaren brengen. Maar de onrust laat hem ook niet onberoerd. “Als een kind in de schakelklas aan mij vraagt: wanneer moet ik weg uit Nederland, dat raakt mij ook.” De jongerenwerker weet dat het helpt als kinderen al jong met elkaar optrekken, bijvoorbeeld in de inloop. “Als je elkaar al jong bij naam kent, ga je later minder snel tekeer tegen ‘die buitenlanders’ of ‘die Nederlanders’. Daarom is het ook zo belangrijk dat wij in de wijk aanwezig zijn en de kinderen al jong in de inlopen hebben.”